Verzamelen: een passie

Hoe is het begonnen?

Enkele jaren geleden stond in Leuven op de vrijdagse markt een kaashandelaar die op zijn stand een berichtje had bevestigd dat hij als hobby oude knopen verzamelde. Mijn reactie was, zoals die van iedereen, een reactie van ongeloof: wat is er nu aan een knoop zo interessant of boeiend dat het verzamelen waard is?

Ik vertelde dat aan een bevriende kloosterzuster en zij ging in het klooster op zoek naar de ‘oude knopendoos’. Daarin zaten enkele fraaie exemplaren en de interesse was gewekt.
Diezelfde periode liep er een knopententoonstelling in De Krinkel in Heist-op-den-Berg van de collectie van Adrienne Stordeur. Zij was een jaar eerder overleden en haar echtgenoot stelde tentoon wat zij vergaarde gedurende een tiental jaren. Wat ik daar zag, heeft mijn laatste twijfels weggenomen om zelf te gaan verzamelen.

Knopen zoeken

Je begint in je eigen knopendoos, en dan ga je de familie en vrienden af. Je vertelt aan zoveel mogelijk mensen dat je knopen verzamelt (met het risico dat ze je zeer argwanend aankijken).

Als je die geplunderd hebt, kan je de rommelmarkten en garageverkopen beginnen afschuimen tussen naaigerief, gereedschap, juwelen, militaria … Ik maakte hiervoor speciaal een zak waarop ik wat knopen naaide en errond borduurde ik ‘knopen’ in 6 verschillende talen. De zak is ondertussen versleten en vervangen door een nieuw model. Aan die zak herkennen vele marktkramers mij (‘die madam met de knopenzak’).
Op die marktjes zijn de beste koopjes te doen: soms zit er een waardevolle knoop tussen de rommel, en meestal is de prijs zeer schappelijk. Ik heb op de rommelmarkt in Verviers eens een geëmailleerde knoop gevonden die ik gratis voor niks mocht meenemen. Het gebeurt ook frequent dat er ‘geen knop’ te vinden is, maar dat weet je pas als je geweest bent, en de keer erna kan er wel iets zijn. Die man van Heist-op-den-Berg zei altijd: er moet er maar één tussenstaan die knopen bijheeft, dan is het al een succes.

Kringloopwinkels: 1 op 2 heeft een knopenvoorraad, gewoonlijk alles onder elkaar, dus: zoeken.

Een andere bron zijn collega-verzamelaars: met hen kan je de dubbele knopen wisselen. Er zijn knopenbeurzen waar men die gelegenheid heeft.

Antiekhandelaars zijn ook een bezoekje waard, knopen liggen gewoonlijk niet in de etalage maar ze hebben ze soms wel. Dan moet je wel op een hogere prijs rekenen. In Brussel zijn er ook waar je knopen kan ruilen.

De laatste jaren kan je via internet op de ganse wereld dingen kopen en verkopen, zo ook knopen. Knopen verzamelen is al sinds de jaren ’30 een rage in Amerika. Soms zijn daar koopjes te doen als er een collectie verkocht wordt.

Wat doe je met die berg knopen?

Je kan die knopen allemaal in een doos steken of in een kist, deksel erop en wegzetten. Maar het is toch praktischer om er een klassement in te brengen en de knopen wat in te delen in groepen, ook om een bepaalde knoop terug te vinden. Het is zeer waarschijnlijk dat elke verzamelaar dit op zijn of haar eigen manier aanpakt.

  • per materiaal: plastic, natuurlijke materialen, metalen, glas
  • per onderwerp, ouderdom, kunsttroming

Daarna volgt een fijnere sortering.

Ondertussen ben ik geëvolueerd naar het opbergen van de mooiste knopen in twee letterkasten, wat het bekijken en bewonderen vergemakkelijkt.

Ik zou heel erg graag mijn collectie tonen aan het grote publiek, zie hiervoor ook de portfolio.

Herkennen van materialen

  • glas: voelt koel aan, is redelijk zwaar, heeft een hoge klank als je het tegen je tanden tikt en maakt een knisperend geluid als het tegen elkaar wordt gewreven. Breekt als het valt, er kunnen stukjes afspringen.
  • parelmoer: voelt ook koel aan. Om echte en nagemaakte parelmoer knopen van elkaar te onderscheiden, kijken we naar de achterkant. Bij plastic is die egaal effen.
  • metaal of metaalkleurig
  • met steentjes, strass, pareltjes
  • stof
  • plastics: verschillende soorten, voor knopenverzamelaars is de tekening of vorm belangrijker dan het materiaal. Wat plastic knopen zo oninteressant maakt, is het gemis aan vakmanschap.
  • hout: drijft in water.
  • bakeliet: speciale papiertjes die verkleuren als je erover wrijft.
  • keramiek: meestal geglazuurd aan de bovenkant, de onderkant is ruwer o.a. porselein, klei, aardewerk_._
  • Hoorn: pik – gaatje in geperst hoorn

Bepalen van de ouderdom van een knoop

Als je de geschiedenis in je achterhoofd houdt, kan je aan een knoop zien in welke tijd ze gemaakt is. Een zwart-wit knoop stamt bijna zeker uit de Art Deco-tijd, een grote zilveren knoop met een grote steen kan van de laatste decade van de 19e eeuw zijn.

Om zeker te zijn, draaien verzamelaars altijd de knopen om: de achterkant vertelt soms meer dan de voorkant. Er zijn verschillende soorten van bevestigingen die een indicatie kunnen zijn van de periode waarin ze gefabriceerd zijn. Maar ook dit is niet zaligmakend want de 4-weg box die aan het einde van de 19e eeuw voor glazen knopen werd gebruikt, wordt terug gebruikt bij de fabricatie van Tsjechische glazen knopen.

Schoonmaken van knopen

Knopen kunnen heel vuil zijn. En elk materiaal vraagt om een specifieke reiniging.

  • glas kan in een sopje afgewassen worden. Wel oppassen met geschilderd glas dat je de verf er niet afwrijft.
  • stof borstel ik uit met een tandenborstel.
  • metaal probeer ik met koperpoets te laten blinken als er veel kantjes aan zijn d.m.v. een tandenborstel. Oppervlakkige roest verwijder ik met een ijzerborsteltje.
  • zilver met een zilverpoetsdoek van Hagerty.
  • hoorn gaat blinken met schoenpoets of meubelolie.
  • celluloid met een zwarte poetsvod.
  • parelmoer zou graag babyolie hebben, maar dat heb ikzelf nog niet geprobeerd.
  • email en porselein hebben gewoonlijk genoeg aan een vochtig doekje.

Portretjes

Na de vraag: “Waar vind je al die knopen? is “Hoe weet je wie op die knopen staan?” de meest gestelde. Er zijn vele boeken over knopen: de meeste in het Engels of het Frans. Ik heb er een veertigtal.

Waar ik het meeste in gevonden heb, is The big book of buttons van Elisabeth Hughes en Marion Lester. Dit is de bijbel voor verzamelaars. Daarin staan de meeste knopen afgebeeld, dus moet je enkel zoeken.

Wat kost het?

Zolang je enkel de knopendozen van familie en vrienden plundert, zal dat waarschijnlijk wel meevallen.

Kringloopwinkels vragen 2 of 5 cent per knoop; op rommelmarkten is het al wat duurder en als je aan de geëmailleerde en Satsuma’s bent gekomen, kan dat wel oplopen.

Ik heb al prijzen gezien tot € 1000 en meer. Maar soms heb je geluk: op Kapaza kocht ik een stel van 2 knopen voor samen € 10. Later heb ik één zo’n knoop weten verkopen voor 89 euro, en bovendien waren mijn knopen in betere staat.

Elke hobby kost geld, en ieder moet voor zijn eigen portemonnee spreken.

Hoeveel knopen heb ik?

Naar alle eerlijkheid: daar heb ik geen gedacht van. In het kleinste knopenboekje staat: ‘One can never have too many buttons’. Vrij vertaald: men kan nooit teveel knopen hebben.

© Griet Van Ranst - Niets uit deze tekst mag worden overgenomen, op welke manier dan ook, zonder voorafgaande toelating van de auteur en bronvermelding.